Hugo Raes debuteert in 1954 met een poëziebundel, maar is voornamelijk bekend geworden als schrijver van romans en verhalenbundels. Raes toont zich in zijn werken bijzonder geëngageerd: wantoestanden worden aan de kaak gesteld en autoriteiten krijgen kritiek om hun gebrek aan vernieuwing. Hij is een van de weinige schrijvers die het genre van de sciencefiction succesvol heeft beoefend. Naast zijn schrijverschap was Raes onder andere voorzitter van culturele vereniging De Nevelvlek en medeoprichter van het literaire tijdschrift Het Cahier.
Hugo Leonard Siegfried Raes wordt geboren te Antwerpen, als eerste kind van gemeentelijk onderwijzer Camiel Raes en Jeanne Camerlynck.
Op 19 juni wordt broer Wilfried geboren. In hetzelfde jaar krijgt Hugo last van hevige astma-aanvallen.
Het gezin Raes betrekt een woning in Hoboken en woont drie tot vier maanden per jaar op het platteland van St. Antonius-Brecht, op doktersadvies vanwege Hugo's astma, dat pas op zijn veertiende zou verdwijnen. Hugo is gefascineerd door fruitbomen en droomt ervan fruitteler en tuinier te worden.
In de eerste klas van de lagere school krijgt de jonge Hugo les van zijn vader.
Tijdens de algemene mobilisatie in 1939 verhuist het gezin naar Antwerpen. Hier begint Hugo in 1942 zijn atheneumstudie aan het Koninklijk Atheneum Antwerpen: Grieks-Latijnse humaniora.
Als de Tweede Wereldoorlog op zijn eind loopt, overlijdt vader Camiel onverwacht op 40-jarige leeftijd. Hugo zou dit grote verlies nooit helemaal te boven komen. Het was zijn vader, die hem de liefde voor het boek bijbracht. Hugo's verdriet uit zich in verschillende depressies en een zoektocht naar de zin van het leven, de dood en de samenleving, thema's die later in zijn werk terug zullen komen. Tijdens de bevrijding van Antwerpen op 4 september raakt Hugo bevriend met Engelse en Amerikaanse soldaten. Zij brengen hem in contact met Engelstalige literatuur.
Met tegenzin volgt Hugo zijn lessen op het atheneum. Hij wil het liefst naar de tekenacademie, iets waar noch zijn moeder, noch zijn tekenleraar groot voorstander van is. Vanaf deze zomer begint hij - vaak liftend - te reizen.
Na afronding van zijn opleiding aan het Koninklijk Atheneum Antwerpen probeert Hugo tevergeefs werk te vinden. Er heerst grote werkloosheid. Hij gaat weer liften en leest veel, vooral Engelse en Amerikaanse literatuur.
Op 1 april 1949 treedt Hugo in verplichte militaire dienst. Op het Daillyplein te Brussel werkt hij, samen met onder meer Hugo Claus, als vertaler. Hij ontmoet tevens Fernand Auwera en Jan Christiaens.
Het drietal Auwera, Christiaens en Raes raakt in 1950 betrokken bij de oprichting van De Nevelvlek, een vooruitstrevende culturele vereniging onder leiding van Frans Buyens. Deze artistieke vereniging van jonge kunstenaars stelt zich ten doel het culturele vacuüm dat door de oorlog is ontstaan, te doorbreken. Naast geëngageerde, vooruitstrevende literatuur biedt de vereniging een platform voor andere artistieke disciplines als beeldende kunsten, toneel en muziek. De afdeling literatuur, waar Hugo lid van is, organiseert lezingen en discussieavonden en richt het literaire tijdschrift Het Cahier op.
Frans Buyens, voorzitter van De Nevelvlek, verliest zijn belangstelling voor de vereniging, waarna Hugo het voorzitterschap overneemt. Hij verwerft de bijnaam 'den dynamo' en het ledenaantal verviervoudigt zich in enkele jaren tot 400.
De slechte economische en maatschappelijke toestand waarin België verkeert doet Hugo overwegen weer te gaan reizen. Zijn liefde voor jeugdvriendin Josette Tillemans houdt hem echter tegen.
Om een stabiele financiële basis te creëren begint hij met een lerarenopleiding Nederlands, Engels en Duits. Na het behalen van zijn diploma in 1952 duurt het door de economische malaise jaren voordat hij een vaste aanstelling krijgt. Het is voor Hugo een moeilijke periode. Hij ervaart het onderwijs als beklemmend en omschrijft het als een aantasting van de persoonlijke vrijheid. De ervaringen die hij in het onderwijs opdoet vinden hun neerslag in Een faun met kille horentjes (1966).
Op 13 augustus 1953 treedt Hugo in het huwelijk met Josette Tillemans. Het huwelijk zou tien jaar standhouden. Hugo krijgt in dit jaar zijn eerste interimbetrekking in het onderwijs.
In het jaar dat het gezin Raes uitgebreid wordt met zoon Siegfried debuteert Hugo met de dichtbundel
Jagen en gejaagd worden, uitgegeven door De Nevelvlek.
Drie jaar na zijn debuut publiceert de auteur zijn tweede poëziebundel, afro-europees, om zich daarna uitsluitend op het proza toe te leggen. Dochter Carina wordt geboren en de eerste verhalenbundel
Links van de helikopterlijn verschijnt bij de Bezige Bij in Amsterdam. Hugo komt voor een moeilijke keus te staan: De Nevelvlek of zijn carrière als schrijver.
Hij kiest voor het laatste, tot verdriet van de vereniging.
De doorbraak als prozaschrijver vindt plaats in 1961 met de autobiografische roman
De vadsige koningen, waarin Hugo de balans opmaakt van een mislukt huwelijk. De roman wordt bijzonder gunstig ontvangen: men betitelt het boek als het Vlaamse equivalent van De avonden en de schrijver ervan als de nieuwe Louis Paul Boon.
Het huwelijk tussen Hugo Raes en Josette Tillemans wordt in 1963 ontbonden. Hugo trouwt twee jaar later met zijn grote liefde Marie-Thérèse Vandebotermet, een kleuteronderwijzeres. Met haar en de twee kinderen uit zijn vorige huwelijk vormen ze een nieuw gezin. Marie-Thérèse steunt hem in zijn werk als schrijver en Hugo draagt enkele werken aan haar en de kinderen op.
Hugo krijgt een vaste aanstelling als leraar in het middelbaar onderwijs te Merksem. Tegelijkertijd bekleedt hij functies van medewerker en/of redacteur van de literaire tijdschriften Het Cahier, Gard Sivik, De Vlaamse Gids, Podium en Nieuw Vlaams Tijdschrift.
Tijdens de Nederlandse Boekenweek van 1968 wordt de bundel Bankroet van een charmeur uitgeroepen tot het beste boek van het jaar 1967.
In 1969 ontvangt Hugo de prestigieuze Van der Hoogtprijs voor De lotgevallen. Waar het werk in de periode 1954-1968 veelal een pessimistische (toekomst)visie kent, wordt het vanaf 1969 optimistischer. De oorzaak van deze omwenteling ligt in de levensomstandigheden van de schrijver. De hernieuwde gezinssituatie en vernieuwingen op politiek en sociaal gebied stemmen hem hoopvol. Een goed voorbeeld is
Reizigers in de anti-tijd (1970), waarvoor hij in 1972 de Prijs van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal en Letterkunde ontvangt.
Hugo is niet op zijn plek in het onderwijs. Hij is enkel bevoegd les te geven aan 12- tot en met 14-jarigen, wat hem weinig voldoening geeft. Zodra hij bekendheid begint te vergaren als schrijver, kijkt hij er steeds meer naar uit om er zijn beroep van te maken. Hij vraagt een schrijversstipendium aan bij het ministerie van Cultuur. De aanvraag wordt goedgekeurd en Hugo neemt van 1970 tot 1972 verlof om zich op het schrijverschap toe te leggen.
Een tweede aanvraag voor een beurs wordt niet gehonoreerd. Noodgedwongen keert Hugo terug in het onderwijs en neemt een parttime baan aan.
Het smáran wint twee prijzen: de Dirk Martensprijs van de stad Aalst (1973) en de Driejaarlijkse Belgische Staatsprijs voor het proza (1975).
Hugo verlaat het onderwijs en gaat werken voor het ministerie van Pensioenen. Hierdoor ontstaat meer tijd voor het schrijven. In 1978 verschijnt De verwoesting van Hyperion.
Na publicatie van De goudwaterbron (1986), De Gektewind (1988), De strik (1988) en
De Spaanse sjaal (1989) blijft het meer dan tien jaar stil rond Hugo Raes. Hij werkt in deze jaren aan een optekening van zijn memoires.
Uitgeverij Atlas brengt Verhalen uit, een bloemlezing uit de beste verhalen van de auteur. Intussen zijn er vertalingen van Hugo's werken verschenen in het Duits, Frans, Roemeens, Pools en Sloveens.
Een aquarel van de tijd verschijnt, een mengeling van herinneringen, anekdotes en dagboekaantekeningen.
In deze memoires vertelt Hugo Raes op openhartige wijze over zijn leven. Zijn 'donkere kinderjaren' waarin hij aan hevige astma-aanvallen leed en die een groot doodsbesef tot gevolg hadden; zijn puberteit, waarin introspectie hem onzeker en somber stemde; De Nevelvlek en de beruchte schrijversfeesten van de jaren zestig; zijn passie voor zeilen en het zomerhuisje in Frankrijk, waar 'zonnen en heerlijk nietsdoen' hem naar eigen zeggen lui maakten.
De Literaire Kring Hugo Raes wordt opgericht. Met twee jaarlijkse activiteiten wil zij het oeuvre van Hugo Raes opnieuw onder de aandacht brengen. Ook overhandigt de Kring het omvangrijke literaire archief van de schrijver aan het Antwerpse Letterenhuis. Het archief bevat manuscripten van uitgegeven werk, duizenden brieven (waaronder een correspondentie met de Amerikaanse schrijfster Anaïs Nin) en 400 foto's.
Bob Kappen, van Athenaeum Boekhandel in Amsterdam bespreekt het Boek van de Week:
De Vadsige Koningen, van de Vlaamse schrijver Hugo Raes.
Vanaf 43 min na het Braziliaanse muziekje :-)
Korte bespreking door schrijver Christophe Vekeman van Hugo's heruitgave van 'De vadsige koningen'
Bespreking van het boek ‘De vadsige koningen’ van Hugo Raes.
Borgers, Gerrit (samenstelling)
Vries, Huib de (regie)
Serie literaire ontmoetingen waarin een schrijver in de studio worden geïnterviewd over werk en leven, afgewisseld met interviews met kenners en archiefmateriaal.
In deze aflevering ontvangt Adriaan van der Veen, redacteur Letteren van de ‘NRC’, de Vlaamse schrijver Hugo Raes.
STUDIO-INTERVIEW
met Hugo Raes over zijn schrijverschap, fascinaties en interesses. Aan de orde komen: Raes’ voorkeur voor contrasterende elementen en buitengewone omstandigheden; zijn vitale, energieke schrijverschap met thema’s als roes, erotiek, extase, zintuiglijkheid, geweld, angst en dood; schrijven als revolte tegen heersende maatschappelijke spanningen; de structuur van zijn romans die bestaan uit gemonteerde vlechtwerken van kleine constructies. Verder aan de orde komen: roes door alcohol in ‘De vadsige koning’; erotiek en vitaliteit als bezwering van gevoelens van angst, onheil en dood; speculatie richting de toekomst in zijn verhalenbundel ‘Bankroet van een charmeur’, science fiction als onderzoek naar wat mogelijk is of zou kunnen zijn; Raes’ visie op het leven; de receptie van zijn werk, de weerstand die zijn boeken oproepen; de invloed van de Amerikaanse literatuur vanwege het anti-moralisme, de directheid en vitaliteit; zijn verwantschap met Louis Paul Boon vanwege het experiment en sociaal besef; de dood van zijn vader; zijn leraarschap; menselijke relaties in zijn boeken; maatschappijkritiek; schrijven en lezen als avontuur.
INTERVIEWS met:
Remco Campert, oa over het Vlaamse literaire circuit, zijn vriendschap met Raes en gekwelde erotiek (door het gehele programma);
00:09:25 Michelle Doelder, barvrouw en stripteasedanseres, over haar stripteases in het café;
00:22:31 Louis Paul Boon, vooruitstrevend schrijver, over de weerstand tov zijn werk; de jonge generatie Vlaamse schrijvers, waaronder Raes, en hun aansluiting bij Nederlanders als Simon Vinkenoog, Remco Campert en Harry Mulisch; mooischrijverij versus het inhoudelijke; ethiek;
00:23:43 Ward Ruyslinck, conservatief schrijver, over zijn aversie tav het succes van jonge literaire amateurs, hun slechte kennis van het Nederlands en gebruik van modieuze thema’s als seks, de eenzaamheid van de moderne mens en sadisme; de grenzen aan de vrijheid van de kunstenaar; o.a. Raes’ geobsedeerdheid door erotiek en sadisme en Ruyslincks pleidooi hiertegen in ‘Drek en drift’;
00:33:14 moeder Raes over hem als kind, zijn roeping als schrijver, zijn leraarschap, de moeilijkheidsgraad van zijn boeken.
SHOTS:
00:02:22 de Antwerpse haven, Hugo Raes tussen puinhopen, archiefmateriaal terwijl Raes voorleest;
00:07:18 Raes in een café en in de haven van Antwerpen op schip (stem Raes, voorlezend);
00:09:12 milde striptease Michelle Doelder;
00:10:42 vlees waarin gesneden wordt; bouwval; angstige en apathische mensen (stem Raes, voorlezend);
00:12:24 scheepsbouw, haven Antwerpen, schip met afval, Raes hiernaar kijkend (stem Raes, voorlezend);
00:28:51 Michelle Doelder in korte jurk, lopend in Antwerpen; blikken van jonge en oude mensen op straat;
00:33:48 Raes’ ouderlijk huis en omgeving (stem Raes, voorlezend);
00:35:16 school waar Raes lesgeeft (stem Raes, voorlezend); reacties van leerlingen over Raes als leraar;
00:43:30 Raes lopend langs het water.
Interview met Hugo Raes, n.a.v. de heruitgave van “De vadsige koningen”
Op locatie in Antwerpen
Donderdag 16 november 2006 komt een groep literatuurliefhebbers en bewonderaars van de Vlaamse romancier Hugo Raes samen in Hoboken, om de Literaire Kring Hugo Raes te stichten. Het doel is de persoon en het werk van Hugo Raes te behoeden voor de toekomst. In 2007 overhandigt de Literaire Kring Hugo Raes (LKHR) het volledige archief aan het Letterenhuis in Antwerpen. Het archief, met daarin manuscripten, foto- en filmmateriaal en correspondentie met onder andere Anaïs Nin, is daarmee op een wetenschappelijke manier ontsloten en opengesteld voor studenten, literatuurkenners en geïnteresseerde lezers. Tweemaal per jaar verschijnt er een nieuwsbrief en organiseert de LKHR een brede activiteit, die in het teken staat van literatuur en kunst waar Hugo Raes bij betrokken was.
Feest voor 10 jaar Literaire Kring Hugo Raes, die ophoudt te bestaan.
Door Caremans - 4 maart, 2016
In cultuurcafé Den Hopsack werd op 3 maart 2016 afscheid genomen van de Literaire Kring Hugo Raes. In schoonheid. De sfeer was enerzijds feestelijk voor het 10-jarig bestaan, maar toch ook emotioneel geladen omwille van het besef dat het voorgoed gedaan is.
Hoboken verliest hiermee alweer een zeer actieve culturele vereniging. Geen verjonging in de rangen en het wegvallen van subsidies worden als voornaamste oorzaken genoemd, maar we kunnen er niet omheen dat het ook te maken heeft met het feit dat het culturele verenigingen-
landschap sterk is veranderd. Literaire kringen bewegen zich in een steeds kleinere niche. Hun werking is allerminst afgestemd op een ruim publiek terwijl binnen de culturele sector 'toegankelijkheid' en 'laagdrempeligheid' de ordewoorden zijn.
Cultuur wordt genivelleerd tot louter ontspanning. Uiting daarvan is bijvoorbeeld dat de vroegere cultuurcentra - maar ook bibliotheken - in naam van cultuurparticipatie - meer en meer centra voor 'vrije tijd' worden. Het is zeer de vraag hoe ver - of hoe diep - men daar nog kan gaan.
De literaire kring houdt dan wel op te bestaan, maar de literaire nalatenschap van Hugo Raes overleeft, want wie schrijft, blijft. Exegi monumentum, aere perennius, dichtte Horatius.
Het afscheid werd een feest, want 10 jaar werking is niet niks. Na een korte inleiding van Siegfried Raes, bracht elke auteur op zijn of haar eigen manier hulde aan Hugo Raes en aan de vereniging, hetzij door lezing van eigen poëzie of proza, hetzij door het ophalen van herinneringen aan ontmoetingen of interviews. Zo las Margot Vanderstraeten stukken voor uit haar laatste interview met Hugo. Zij moest meerdere keren bij hem op bezoek gaan omdat hij regelmatig de draad kwijt was en de feiten niet zo goed meer wist te plaatsen. Erik Van Malder bracht onuitgegeven poëzie en riep met zijn zang en gitaarspel de glorietijd van De Muze weer op. Staf Schoeters lichtte een tip van de sluier op van de nieuwe roman waar hij nog volop aan werkt en Tony Rombouts bracht poëzie. Stan Laureyssens zorgde voor de anekdotes die de sfeer luchtig hielden, terwijl Lukas De Vos het over dromen en verlangens in het werk en in het leven van Hugo had.
Na volle drie uur het woord gecelebreerd te hebben, kwam een zichtbaar ontroerde Armand Nauwelaerts, voorzitter van de kring, afscheid nemen.
Hugo zou genoten hebben.
Nunc est bibendum... sloot Sieg Raes de avond af.
Opheffing Literaire Kring Hugo Raes
Literaire Happening
Beste literatuurliefhebber,
In 2006, bijna tien jaar geleden dus, werd de LKHR opgericht.
Tijdens dat decennium organiseerden we vele boeiende activiteiten, denken we maar aan de 'Euthanasie avond', het panelgesprek over 'het nieuwe uitgeven', de wijnproefavond gelardeerd met wereldse wijnpoezie, De Nevelvlekmiddag, het borstbeeld van Hugo enz.
Op mooie locaties als de Zwarte Panter, Kasteel Bouckenborgh, Permekebib, Groene Watermankelder, Kasteel Sorghvliedt of Letterenhuis gaven Margot Vanderstraeten, Staf Schoeters, Willem M Roggeman, Dr. Van Hoey en vele anderen interessante lezingen.
Er zijn te veel mensen om te bedanken die ons voluit steunden, en ik ben bang er te vergeten.
Doch, het is niet alles rozeschijn en manegeur.
De interesse voor de Literaire Kring neemt gestaag af, het ledental is gedecimeerd (de inkomsten dus ook), de enige subsidie die we kregen (Provincie Antwerpen, 320€) werd jarengeleden stopgezet vanwege besparingen, sponsoring hebben we nooit gehad, de pers gaf nooit thuis, de belangstelling van onze leden in de activiteiten liep sterk terug…
Een lichtgevend scherm(pje, soms 8x15cm) haalt het nog steeds (helaas) van een warme literaire avond met een glas wijn onder gelijkgestemden.
De Raad van Bestuur, en vooral Marie-Thérèse, willen in schoonheid eindigen, daarom organiseren we als laatste activiteit een 'Literaire Happening' in Kunstcafé 'Den Hopsack' op donderdag 3 maart 2016.
Volgende auteurs zegden hun medewerking reeds toe:
Margot Vanderstraeten, Stan Laureyssens, Jan Lampo, Martine Cuyt, Staf Schoeters, Tony Rombouts, Erik van Malder, meerdere namen volgen nog.
Geen trieste bedoening maar het celebreren van het woord, de tekst, het gevoel, overgoten met lekkere dranken en een streepje live muziek.
Een ware feesteditie, waar Hugo maar al te graag bijgeweest zou zijn!
U hopelijk ook !
'La Belgique, tombeau de empires…'
Eugéne Baie (1874-1963) Belgisch diplomaat.
Staf Schoeters, auteur, historicus en WOI kenner,
geeft voor ons een lezing:
'De Groote Oorlog in begraafplaatsen en monumenten'
De Eerste Wereldoorlog bekeken vanuit een ander perspectief.
‘Wijngedichten en wijnflessen’
"Met jou open ik oude nachten" is een wijngedichten bloemlezing die de hele wijncultuur omvat.
Van wingerd en wijngaard over druivenpluk en-persing tot het heerlijk savoureren van de godendrank zelf.
27 eeuwen en 166 gedichten en dichters passeren de revue in dit fraai uitgegeven 'coffee table book' met prachtige sfeerfoto's van Philippe Debeerst.
Samensteller René Smeets liet zijn twee passies, poezie en wijn, hiervoor samenkomen. We reizen naar Griekenland, Chili en Z.Afrika, we lezen Homeros, Neruda, Baudelaire en Vondel.
In "woorden uit de wingerd" verzamelde hij dan weer de mooiste wijnverhalen uit de wereldliteratuur. Hemingway, Boccaccio, Goethe en co. halen hun beste pen boven om de wijn te beschrijven.
Verder stelde hij ook de bloemlezing "en de dag was louter champagne" samen.
Een verzameling gedichten over champagne, cava, sekt…
Lord Byron, Poesjkin en Voltaire bezingen hierin hun liefde voor de "belletjeswijn".
Smeets (1956) is niet alleen samensteller van bloemlezingen.
Hij is ook literair vertaler van oa Hans Magnus Enzensberger, René Depestre en Poolse poezie en publiceerde in verschillende literaire tijdschriften, oa Gierik.
Om het dagelijkse glas wijn bij de boterham te verdienen werkt Smeets als vertaler bij de Raad van de Europese Unie.
Terwijl René Smeets wijngedichten voorleest uit zijn bundels, zal wijnkenner en wijnhandelaar Marc Raes (oa In den Bloeyenden Wijngaert) ons tussen de gedichten door enkele wijnen laten proeven, en commentaar geven op deze flessen.
Het wijnthema blijft nog een verrassing …
Het beloofd dus geen droge poëzie-avond te worden en misschien zullen de Dionysische mysteriën opgehelderd worden…
Dit alles omringd door kunstwerken, in het mooie kader van galerij 'De Zwarte Panter'.
Wij hopen u talrijk op deze avond, waar literatuur en wijn elkaar ontmoeten, te mogen verwelkomen ! Er zijn vast veel Bacchanten aanwezig…
Santé!
‘het boek in het digitale tijdperk ?’
Panelgesprek:
met Armand Nauwelaerts (oud uitgever), Saskia Reusens (auteur bij uitgeverij), Frank Jaspers (uitgever), Bert Vleugels (auteur bij internetuitgeverij).
Moderator: Lukas De Vos (VRT/Knack)
Prof. dr. Christ'l De Landtsheer, Communicatiewetenschappen
(Universiteit Antwerpen) praat over haar boek Clash der titanen, een psychopolitieke cartografie van de Belgische politiek.
Hierin licht ze een twintigtal politieke tenoren door, onder meer aan de hand van
CIA-profilingtechnieken. Welke rol speelt de persoonlijkheid van een politicus?
Boeiend en interessant om weten, in ons vaak
surrealistische politieke landschap.
Lezing door Willem M. Roggeman, dichter en voorzitter van het Louis Paul Boon Genootschap:
'100 jaar Louis Paul Boon: een gemiste Nobelprijs?'. Roggeman vertelt over het werk en leven van Louis Paul Boon en de vriendschap met Hugo Raes. Verder vindt de officiële opening van de tentoonstelling 'Brussel een oerwoud' plaats. 'Brussel een oerwoud' is een reportage van Louis Paul Boon, die oorspronkelijk in 23 afleveringen verscheen in De Roode Vaan, een communistische krant uit 1946. Kunstschilder Maurice Roggeman verzorgde bij elke aflevering de bijbehorende afbeeldingen.
Lezing door Inga Verhaert, gedeputeerde bij de provincie Antwerpen: 'Scandinavische thrillerauteurs: hype of niet?'. Inga Verhaert (1969, Essen), studeerde onder andere Germaanse Filologie (Universiteit Antwerpen) en Engelse/Amerikaanse Letterkunde (University of Miami).
- Korte film: Hugo Raes schreef in 1967 het korte verhaal 'Benelux: hoogconjunctuur' (opgenomen in Bankroet van een charmeur). Het verhaal, waarin men eenvoudig euthanasie kan aanvragen, werd in 1982 verfilmd door Armand de Hesselle.
- Voordracht 'Euthanasie' door dr. Marc van Hoey
- Boekvoorstelling CON versations, met teksten van Armand de Hesselle, Fernand Auwera en anderen.
Deze activiteit werd in samenwerking met opinie- en actiegroep Recht op Waardig Sterven (RWS) georganiseerd.
Een ode aan de culturele vereniging De Nevelvlek. De Nevelvlek was in de jaren 1950 een Vlaamse vooruitstrevende culturele vereniging van jonge kunstenaars, die naast geëngageerde literatuur een platform bood voor andere artistieke disciplines als beeldende kunsten, toneel en muziek. Hugo Raes was enkele jaren voorzitter van de vereniging.
- Lezing door dr. Kevin Absillis
- Entr'acte door Julienne de Bruyn
- Panelgesprek met Walter Tillemans, Fernand Auwera, Walter van Geyt en Willy Meysmans.
Officiële overhandiging borstbeeld Hugo Raes (gemaakt door beeldhouwer François van de Wildeberghe) aan het Districtshuis Hoboken.
Gastspreker: Staf Schoeters, schrijver en voormalig leerling van Hugo Raes. Schoeters vertelde over zijn jeugd, liefde voor boeken, literaire voorbeelden en hoe Hugo hem aanspoorde om schrijver te worden.
Een academische zitting ter gelegenheid van de tachtigste verjaardag van Hugo Raes.
Lezing door Lucas de Vos: 'De oplosbare mens'.
Lezing door Wim Van Rooy, auteur, publicist:
Over het boek: 'Het Smaran' Waarin Hugo’s kijk op de wereld het best tot uiting komt.
Inleiding: Armand Nauwelaerts
Nadien receptie met lichte jazz door Sam Stuyck (gi) en Stijn Wauters (pi)
In februari 2008 verscheen de interviewbundel
Schrijvers gaan niet dood. Schrijfster Margot Vanderstraeten sprak hiervoor met zeventien auteurs van de oudste generatie Nederlandstalige schrijvers. Hugo Raes was er een van. Naar aanleiding van deze publicatie was er een interview met Margot Vanderstraeten en Martine Cuyt (chef boeken van de Gazet van Antwerpen).
Een lezing door Eddy Wuyts, getiteld 'Het magische jaar 1929'. Het jaar 1929 was een bijzonder vruchtbaar jaar voor de Vlaamse letteren: onder andere Hugo Raes, Jef Geeraerts, Ward Ruyslinck, Hugo Claus, Fernand Auwera en Jan Christiaens zagen het levenslicht.
Wilt u lid worden van de Literaire Kring Hugo Raes?
Het lidmaatschap bedraagt € 15,- per jaar (erelid vanaf € 30,- per jaar).
U kunt dit bedrag storten op onze rekening van de KBC Bank.
IBAN: BE66 7330 4473 7743
Mededeling: lidgeld LKHR 2015
In deze rubriek vindt u de laatste nieuwtjes rond Hugo, van verre of dichtbij.
'Prof. dr. Christ'l de Landtsheer (UA)
Prof. dr. Christ'l de Landtsheer (UA) zette in haar laatste boek 'de psychologie van de politiek' eveneens een quote van Hugo.
'Kunstenaar Jaap Nijstad schreef dit leuke kortverhaal over Hugo voor een feestbundel ter gelegenheid van het 175jarig (!) bestaan van boekhandel Lovink'
Het was 5 december 1971, Sinterklaas was jarig en twaalf dagen later zou ik mijn zestiende verjaardag vieren. Pakjesavond vond in die dagen plaats op 't Ei 1 in het huis van mijn grootmoeder dat tevens het adres was van de kunsthandel van mijn vader. Het mysterie van de Sint was al jaren daarvoor opgelost en de cadeautjes stonden in twee oude rieten wasmanden geduldig te wachten naast de tafel in de eetkamer die naadloos overging in de salon met daarachter de kleine ommuurde stadstuin. Naast een enkele verassing waren er ook zekerheden die de goedheiligman van een verlanglijstje had geplukt. Het waren dingen die met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid op de goedkeuring van een gelegenheidsbisschop konden rekenen. Boeken op een verlanglijstje vormden zo'n absolute zekerheid.
Op mijn jongenskamer had een bescheiden verzameling boeken langzaam maar zeker bezitgenomen van een kastje dat voorheen nog gevuld was Dinky Toys, plastic ridders en modelvliegtuigjes. Een klein restant van de jeugdboeken had weten te overleven; De scheepsjongens van Bontekoe, De kinderkaravaan, De brief voor de koning, Geheimen van het wilde woud. Verreweg de meeste boeken in bezit van mijn ouders hadden betrekking op beeldende kunst. Op de zaak stond kast na kast, gevuld met naslagwerken en catalogi; een wereld op zich die weer een andere wereld wist te ontsluiten. Een wereld om in weg te dromen en te verdwalen. In die zin viel er wel een parallel te trekken met de boeken uit mijn eigen kastje.
Een boek kreeg ik op een verjaardag, voor een goed rapport (ook wel voor een iets minder) voor Sinterklaas of een enkele keer tussendoor, eenvoudigweg omdat ik had laten vallen dat het me spannend leek. Daarnaast was er de oude bibliotheek in de Blauwe Torenstraat. Een constante, betrouwbare leverancier van boeken die geurden zoals alleen maar boeken konden ruiken. Zelf boeken kopen was een hoofdstuk dat nog in het verschiet lag, er was geen noodzaak toe, ik kon er om vragen en die vraag werd meestal beantwoord.
Het moment dat ik van mijn eigen zakgeld ook boeken ging kopen markeerde de kentering van een zelfverzekerd kind naar een beschroomde puber. De eerste twee jaar middelbare school waren min of meer verplicht in Zutphen doorgebracht en eenmaal terug in Lochem, op de RSG, begon een nieuwe fase met de daarbij behorende nieuwe boeken. De Literatuur met een hoofdletter L werd aangereikt door de legendarische leraar Nederlands, Hans Zoetbrood. Hans zag de nieuwe leerling instromen; wel een grote mond maar ook nog heel naïef en veel te blond en bleu om aan de grote wereldliteratuur te beginnen. Op een middag stond hij aan mijn tafeltje, een lange man met rechte rug, licht naar achteren gebogen. In zijn beide handen hield hij een boek dat hij met de onderkant op het tafelblad liet rusten. Op het verzadigde rood van de omslag stonden drie krachtige figuren in sterk contrasterend zwart/wit afgebeeld. Daarboven las ik in zwarte letters: "LOUIS PAUL BOON" en daaronder in witte letters "DE BENDE VAN JAN DE LICHTE". De tekening, van W.L. Bouthoorn, in combinatie met de typografie van Helmut Salden was even prachtig als kenmerkend maar daar had ik toen nog geen oog voor. Het was het perfecte boek voor de beginnende lezer van een meer volwassen literatuur. Het was het begin van een grote liefde voor de Vlaamse schrijvers en daarmee het groeiende verlangen om zelf boeken te kopen, om ze te hebben, te lezen en herlezen wanneer het mij plezierde. De eerste aankoop was, hoe kan het ook anders, "DE BENDE VAN JAN DE LICHTE".
Er volgden meer auteurs en dus ook meer boeken. Mijn kastje groeide uit tot een kleine Vlaamse enclave in Lochem. Het zakgeld brandde voortdurend in mijn broekzak. De winkel van Lovink aan de Markt werd een toevluchtsoord. Ik kocht Boon, Claus, Geeraerts; spannend en opwindend al snapte ik de helft niet. Astère- Michel Dhondt, de naam alleen al! Ik kocht ook braver; Lampo, Daisne en natuurlijk Elschot. Maar steeds kwam ik weer terug bij Boon en via Boon kwam uiteindelijk Hugo Raes mijn wereld binnen. Aan het einde van m'n middelbare schooltijd stond zo ongeveer het, op dat moment, complete oeuvre van Raes op mijn literatuurlijst. Ik was nog steeds verlegen in de liefde en eros diende zich vrijwel uitsluitend aan op de bladzijden van Boon en Raes.
Wanneer ik nu die boeken uit de kast haal en in mijn hand neem vallen ze als vanzelfsprekend open op de pagina's die destijds blozend en in een grote opwindende verwarring werden gelezen. "…ze begint te hijgen en schudt en rolt het hoofd,en ineens schijnt er een aardbeving door haar te gaan, ze trilt, snokt en zucht luid, ze kreunt met beverige stem." (uit: "Hemel en dier" van Hugo Raes). Ik had geen flauw idee wat snokken was en kreunen associeerde ik alleen met pijn maar in de taal van Raes lag een zinnelijkheid besloten die een jongenshart deed verlangen naar iets onbekends en heerlijks. De omslag van de Bezige Bij uitgave uit 1971 werd gesierd door een tekening van weelderig kapsel boven fijn kroezend schaamhaar, een illustratie van Wout Muller die ook de omslagen van een groot gedeelte van het oeuvre van Louis Paul Boon voor zijn rekening zou nemen. Het was voor mij een mysterieuze tekening en het zou nog wel een paar jaar duren aleer…
Terug naar 5 december 1971. Op mijn verlanglijstje stonden "de lotgevallen" en "reizigers in de antitijd" van Hugo Raes en in de vertrouwde rieten wasmand kon ik een aantal vormen herkennen die het vermoeden sterkte dat daar boeken in verpakt zaten. Bij het uitpakken van het eerste boek stuitte ik op een extra in bruin pakpapier verpakt boek waarvan ik de omslag niet direct kon zien. Bij het openslaan las ik: "hugo raes / de lotgevallen". "Ik heb er maar een kaftje omgedaan", sprak mijn oma en bij het verwijderen ervan snapte ik haar wel. De derde druk had een geweldige foto van Roger Dijckmans op de omslag. Alleen maar naakte mensen met vooraan een prachtige vrouw die mij leek aan te kijken, net als haar ontroerend weelderige toef schaamhaar.
Het is nu bijna een halve eeuw later. En er is Jopie, de grote liefde in mijn leven waarmee de intimiteit vertrouwd is geworden, gelukkig zonder iets van het mysterie te verliezen. In haar Groningse Minerva academietijd poseerde ze nog wel eens voor Wout Muller maar ik herken haar lichaam niet in de afbeeldingen op de omslagen van de Boeken van Boon. Haar schoonheid is onvergelijkbaar.
Sinds een jaar of twee heb wij contact met Sieg Raes. Ja, de zoon van. We herpakken en herlezen de boeken van zijn vader en hebben het over de heruitgave van 'De vadsige koningen". Er is een lijntje ontstaan tussen Gelselaar, een klein dorp in de Achterhoek, waar we wonen en het grote Antwerpen van Raes. We genieten van onze lotgevallen, kaftjes zijn niet meer nodig.
Geboorte van Clément
'Hugo's kleindochter Elise is bevallen van een flinke jongen: Clément.
Op het geboortekaartje stond een quote van Hugo.'
Een soort van optimisme
Mensen als ik, die van nature hopen dat het allemaal zo'n vaart niet zal lopen, trokken maar bange ogen bij het nieuws over de zogeheten hyperloop van Virgin. Die is tot tevredenheid van alle betrokkenen over een afstand van 500 meter getest in de woestijn van Nevada: een eerste belangrijke stap naar een toekomst waarin er, kort door de bocht uitgedrukt, treinen over de planeet zullen suizen met 1.000 kilometer per uur. Hoe zei Wim De Vilder het ook weer? In een halfuur van Washington D.C. naar New York City. Het is om claustrofobie van te krijgen, vind ik, zo klein als de wereld straks wezen zal.
Nu ben ik, toegegeven, tout court nooit erg vooruitstrevend geweest, en snakken naar vooruitgang doe ik hooguit af en toe in de rij aan de kassa. Wat heeft vooruitgang ons de afgelopen eeuw juist opgeleverd? Dat mensen meer konden reizen, gezonder zijn en langer leven, akkoord, met tot gevolg overbevolking, klimaatopwarming en een aardbol die stilaan even kwetsbaar geworden is als een ballon. Nog eens honderd jaar op deze wijze en er is niet alleen geen later maar ook zelfs geen vroeger meer: wie of wat zou zich ons nog moeten herinneren?
Hopen op de toekomst lijkt me dan ook bij uitstek iets te zijn voor opgroeiende kinderen, die nog niet beter weten en verkeren in de zoete waan dat zij straks, wanneer zij groot zijn, wacht maar, zullen kunnen doen wat ze willen. Ze zijn er nog niet achter dat de hoogste vorm van geluk louter is voorbehouden aan de geboren conservatief, die immer tevreden is met wat hij heeft.
Anders gezegd: reiken naar de toekomst is even onzinnig als talen naar het verleden, dit eigenste moment is de enige werkelijkheid die voor ons weggelegd is, en iedereen die zich gelukkig prijst, doet dat dus per definitie terecht. Iedereen die feestviert - vandaag vanzelfsprekend in zijn eentje, min of meer - trouwens ook. Ik geloof dat Luc De Vos, die ons eind deze maand alweer zes jaar geleden zal hebben verlaten, maar aan wie ik nu eenmaal nog altijd, onvermijdelijk, moet denken bij het woord 'feest', het in dezen vrij volmondig met mij eens zou zijn geweest.
Het goede nieuws is uiteraard dat de voorbije week ons redenen genoeg verschaft heeft om heel even alle hoop te laten varen en ons te wentelen in de dolle vreugde van het moment. Niet omdat we binnenkort met een snelheid van 1.000 kilometer per uur de krant zullen kunnen zitten lezen, maar vanwege de overwinning van de genaamde Joe Biden. Want nee, het klopt, de nieuwe president behoort bepaald niet tot het hogesnelheidstype. En of hij in staat zal zijn te doen wat hij beloofd heeft of wat hij zich hardop voorneemt, namelijk het Amerikaanse volk weer verenigen en zo, valt uiteraard nog af te wachten. Maar een vaststaand feit is dat hij heeft gewonnen. En de blijdschap die we hierom voelen, kan geen mens, of hij nu Donald is genaamd of niet, ons ooit nog afnemen. Die blijdschap hebben we, van nu af aan voor altijd, toch maar gehad.
Over Luc De Vos gesproken: een andere grote Vlaamse schrijver stierf welgeteld een jaar voor hem, weliswaar op veel hogere leeftijd. Hugo Raes, want dat was zijn naam, debuteerde in romanvorm in 1961, welgeteld een jaar voordat Luc ter wereld kwam, en dit met een boek dat over een handvol dagen een zoveelste herdruk beleeft. De vadsige koningen heet het, het wordt uitgegeven door Karakters, en het eindigt aldus: 'Wat is de lucht zwoel. En dat reeds dagenlang. Misschien zal het gaan regenen. Dagenlang regenen. Tot de zon weer doorbreekt en een tijdje schijnt.'
Dat tijdje beleven we nu, dankzij de nederlaag van Trump, maar ook dankzij de plotse ontwikkelingen op covidvaccinvlak. En al is er alle reden om te vrezen dat het tijdje niet lang duren zal, en dat er sowieso weer nieuwe, alsmaar nieuwe buien zullen overtrekken, tot finaal le déluge daar is, toch zou je gek zijn je plezier daardoor te laten vergallen. Zo probeer ik er zelf althans over te denken. Want mogelijk is over vier jaar Donald Trump wederom president, of iemand die nog erger is, en niet valt uit te sluiten, bovendien, dat straks een kersvers virus roet in ons restauranteten gooit, zoveel mag duidelijk zijn. Maar ook wie leeft in het besef dat het heel binnenkort wellicht opnieuw een kwestie is van ongebreideld huilen met de pet op, heeft vandaag het volste recht zich goedgemutst te tonen en zelfs zijn beste hoed op te zetten. Toch? Ik ben er in elk geval, u merkt het, op mijn eigen manier optimistisch aan toe.
Ach, weet je, de wereld laat per definitie veel te wensen over. Dat is misschien juist het mooie eraan.
Christophe Vekeman is auteur. In deze rubriek wikt hij de wereld.
(Bron: De Standaard.be)
'De mens is een kwaadaardig dier'
Na bijna zestig jaar krijgt de roman De vadsige koningen van Hugo Raes een nieuwe editie. Zo zagen de literaire vaders van de babyboom hun tijd: als wreed, versplinterd en absurd.
In 1957 je verhalenbundel de titel Links van de helikopterlijn geven, was bijna een statement. Hier sprak een nieuwe stem, in een Vlaamse literatuur waar de held zich meestal per fiets verplaatste, hooguit met de trein. Het was het prozadebuut van Hugo Raes (1929-2013), een schrijver die eerder al twee dichtbundels had laten verschijnen. De gereputeerde Amsterdamse uitgeverij De Bezige Bij, die onder meer het werk van Hugo Claus uitbracht, had zich over hem ontfermd en publiceerde in 1961 ook zijn debuutroman De vadsige koningen, waarvan zopas een heruitgave is verschenen. Dat bevestigt de waardering die Raes al snel genoot voor een oeuvre dat, achteraf bekeken, opvalt door zijn consistentie.
Het was aan De vadsige koningen te zien dat Raes, toen 32, een leraar was die veel had gereisd en vooral veel had gelezen, zeker Angelsaksische literatuur. Hij bouwde zijn roman op als een inwendige monoloog die geen realisme of objectiviteit nastreeft. In dat procedé is James Joyce de voorloper, gevolgd door onder meer de Amerikaanse Beat generation en de Franse nouveau roman.
De uitdrukkelijke subjectiviteit verwerpt de valse pretenties van het literaire realisme dat vaak niet verder komt dan het reproduceren van maatschappelijke conventies en clichés. Literair-historisch loopt Raes voorop in de vernieuwing van de Vlaamse literatuur die in de jaren 50 begon en in het volgende decennium zowel een glorieuze doorbraak beleefde als haar ondergang, maar die wel belangrijke auteurs opleverde, onder anderen Raes, Paul de Wispelaere, de al wat oudere Ivo Michiels, Fernand Auwera en in zekere zin ook Jef Geeraerts.
Raes had het gevoel dat hij met zijn tijd- en geestesgenoten in de Vlaamse literatuur een opdracht te vervullen had
Die literatuur wilde uitdrukkelijk kritisch, humanistisch geëngageerd en emanciperend zijn, zowel formeel als thematisch, weg van wat Raes in 2004 nog 'het boerse Pallieterniveau' noemde. Dat was wat kort door de bocht; zo 'boers' is Felix Timmermans' Pallieter (1916) ook weer niet, maar Raes' omschrijving zegt wel iets over de mythes rond die roman. Raes had, zeker achteraf, wel degelijk het gevoel dat hij met zijn tijd- en geestesgenoten in de Vlaamse literatuur een rol te spelen en zelfs een opdracht te vervullen had.
Erotiek werd voor Raes een belangrijk thema (Hemel en dier, 1964), wreedheid en geweld (Het smarán, 1973) net zo goed. In zijn latere werk (zoals in Reizigers in de anti-tijd, 1971) zou hij de literaire vernieuwing in de sciencefiction doortrekken: geen utopie zonder voorafgaande creatieve destructie, zoals dat nu modieus heet. Maar de sf vervreemde hem van het onwennige publiek en in de perceptie van de literaire kritiek kon het nooit een volwaardig literair genre zijn.
Huwelijk
De vadsige koningen brengt het relaas van een slapeloze, klamme, warme nacht, die van 7 op 8 mei, waarin dromen en gedachten zich ongeordend opdringen, fragmentair, rondcirkelend in het bewustzijn van ik-verteller Herman, het residu van 'rondkijken, gulzig alles wat je kan zien, opnemen. Je hele wezen, als een vloeipapier, de wereldstof opslorpend'. Zo komen ze in de roman, schijnbaar zonder hiërarchie door elkaar dwarrelend: eigen ervaringen, herinneringen en, via tal van krantenkoppen, de actualiteit, samen met de gevoelens en meningen die ze losweken, soms banaal, soms verheven. De overtuigingskracht van de roman is het grootst als taal en schriftuur net de rechtlijnige mededeling overstijgen, en daar slaagt Raes niet altijd in.
Wat Herman uit zijn slaap houdt, is zijn ongelukkige huwelijk. Dat thema heeft een autobiografische grondslag. Raes was in 1953 met zijn jeugdliefde getrouwd, maar zou in 1963, twee jaar na het verschijnen van De vadsige koningen, van haar scheiden. Niet dat de roman een biecht is, of nog erger, dat Raes in de literatuur zijn gelijk zocht als alternatief voor zijn ongelijk in de 'echte' wereld, het autobiografische materiaal dient de schrijver slechts als grondstof. Tegelijk valt bij Raes op hoezeer ook de toon van zijn proza autobiografisch is bepaald: somber wanneer het hem persoonlijk niet goed gaat, jubelend wanneer dat wel zo is, radicaler wanneer hij op onbegrip meent te stuiten.
Hypocriet
Zo geeft De vadsige koningen gestalte aan een generatie: de jongeren die kort na de Tweede Wereldoorlog volwassen werden. Het verging hen materieel beter en ze waren hoger geschoold - de welvaartsstaat kwam eraan. Die jongeren ervoeren echter een verlammende absurditeit en doelloosheid in hun bestaan, in een existentialistisch pessimisme dat de mens, aldus Raes, zag als 'een bij uitstek kwaadaardig dier'. Ze voelden zich slecht in hun vel in een tijd waarin oude, bevoogdende en voor hen repressieve, laffe en hypocriete structuren standhielden, een tijd die onrecht duldde en waarin altijd zinloze gruwel en dood dreigden.
Er moest meer mogelijk zijn, maar toch was de verleiding groot om, met een referentie aan de laatste Merovingische koningen in de vroege middeleeuwen, 'vadsige koningen' te worden. Die waren, volgens het fragment waar de roman mee opent, 'ofwel kinderen, een speelbal in de handen der hofmeiers, ofwel dégénérés, die slechts voor de voldoening hunner lusten leefden'.
Veel lezers herkenden zich in dat wereldbeeld. De vadsige koningen werd een groot succes, ook in de kritiek. Het heette dat met Raes de nieuwe Boon was opgestaan en dat het boek te vergelijken viel met On the road (1955) van Jack Kerouac en De avonden (1947) van Gerard Reve, toen al een cultroman. Na zestig jaar is De vadsige koningen vooral historisch en literair-historisch nog van belang, zeker in passages die niet als gedateerd ervaren worden.
De heruitgave is dan ook welkom, al mist ze een nawoord om het werk te duiden. Ze sluit af met een enigmatische mededeling van de uitgever. Die stelt dat de originele tekst is 'herzien' (door wie?) 'op taalgebruik dat niet langer als neutraal gezien wordt. Waar de tekst het toeliet is kwetsend taalgebruik van het vertellend personage aangepast of weggelaten.' Daar heeft de lezer niets aan, ook omdat de uitgever niets zegt over de omvang van de interventie. Misschien verwijst ze naar Raes' huwelijksperikelen.
Hoe dan ook bijt deze experimentele en door literaire autonomie gedreven roman in die eis tot 'neutraliteit' alsnog op een bizarre manier in zijn eigen staart.
De vadsige koningen is opnieuw uit bij Karakters
(Bron: De Standaard.be)
De postbode brengt je binnen enkele dagen het derde Karaktersboek én een verrassing!
Het jaar nadert zijn einde en dat betekent dat Karakters Uitgeverij bijna een eerste jubileum te vieren heeft! Maar eerst verschijnt op 19 november nog ons derde boek: De vadsige koningen van Hugo Raes. Zoals altijd krijg jij het boek al een beetje eerder. We geven jou als abonnee graag de primeur! Deze week zal het bij jou op de mat vallen. En we geven graag nog een beetje meer, omdat we je willen bedanken. Daarom zul je bij het boek een kleine verassing aantreffen. Veel (lees)plezier!
In het kader van ons eenjarig bestaan blikten we al terug op 2020, een jaar dat niemand van ons had kunnen voorspellen. Maar in deze bizarre tijden omarmen we graag de positieve dingen die het jaar ons bracht. Zo zijn we niet alleen heel trots op de nieuwe uitgave van De vadsige koningen die jij deze week mag openslaan, maar ook op de andere klassiekers die we dit jaar nieuw leven hebben kunnen inblazen, De poort van de Japanse Soseki Natsume en De kleur uit de ruimte van de Amerikaanse H.P. Lovecraft.
We blikken ook alvast vooruit, want een nieuw jaar brengt ook nieuwe opportuniteiten met zich mee. Lees hieronder verder over wat we al kunnen verklappen over 2021.
Een wervelwind door de letteren: ontdek het waanzinnige levensverhaal van Hugo Raes en alles over zijn debuutroman De vadsige koningen
Wat betekent vrijheid voor een maatschappij in wederopbouw? Hoe geven we betekenis aan een ogenschijnlijk zinloos leven? Tijdens een klamme zomernacht ligt Herman te piekeren. Op zoek naar antwoorden graaft hij in zijn herinneringen, waarin zijn vrouw en kinderen, zijn vrienden en toevallige individuen ten tonele verschijnen. Een nacht lang probeert hij koortsachtig zijn kleurloze bestaan te doorgronden.
In zijn romandebuut De vadsige koningen verwoordt Hugo Raes met scherpe pen de verwarde naoorlogse tijdgeest en de overgang naar de onstuimige jaren zestig. Deze bewustzijnsroman, die bij verschijning heel wat stof deed opwaaien, legde de kiem voor een jarenlang schrijverschap en een uniek oeuvre in de Nederlandstalige letteren.
Hugo Raes (1929-2013) is een van de belangrijkste Belgische schrijvers van de twintigste eeuw. Hij wordt in één adem genoemd met Jan Wolkers, Louis Paul Boon en Hugo Claus. Zijn vernieuwende en vaak geëngageerde werk zorgde voor controverse, maar werd ook bekroond met onder meer de Lucy B. en C.W. van der Hoogtprijs. In 1975 ontving Hugo Raes de Driejaarlijkse Staatsprijs voor Proza.
Meer weten over Hugo Raes en De vadsige koningen voor je begint te lezen? Lees voor een grondige kennismaking het portret dat we over zijn leven en werk publiceerden.
Nieuw jaar, nieuwe kansen
Wat heeft 2021 in petto voor Karakters? Dat het veel spannends is, dat kunnen we alvast zeggen. Bij Karakters zitten we niet graag stil en dus zijn we druk bezig voor volgend jaar én sluiten we dit jaar ook nog graag met een extra positieve noot af.
Op 10 december kunnen we een hele leuke samenwerking en bijkomend initiatief aankondigen voor ons literair platform. Met wie we gaan samenwerken en wat we samen voor jullie gaan doen, krijg jij als abonnee die dag als eerste te horen.
Achter de schermen zijn we ook vanalles aan het bekokstoven voor volgend jaar. Natuurlijk gaan we opnieuw drie - of misschien wel meer! - mooie klassiekers uit de wereldliteratuur uitgeven en kan je wekelijks op ons platform terecht voor nieuwe artikelen. Maar er staat meer te gebeuren voor ons, waardoor we ook de abonnementsformule een nieuwe invulling gaan geven. Benieuwd geworden? Begin januari hoor je er alles over!
"Niet de hoofdzaken tellen in het leven, maar de details."
Hugo Raes
(Bron: Karakters.nu)
Hugo Raes weer in de boekhandel
Uitgeverij Karakters wil vanaf november Hugo Raes (1929-2013) en zijn roman De vadsige koningen (1961) van de vergetelheid redden. 'Om Raes, die eens zo prominent aanwezig was in de Nederlandse letteren, terug in de schijnwerpers te plaatsen, zullen we tegen de tiende verjaardag van zijn dood meer van zijn oeuvre nieuw leven inblazen', klinkt het.
'In zijn romandebuut De vadsige koningen verwoordt hij met scherpe pen de verwarde naoorlogse tijdgeest en de overgang naar de onstuimige jaren zestig.' (jap)
(Bron: De Standaard)
Het derde Karaktersboek is een Vlaamse klassieker:
De vadsige koningen van Hugo Raes
Samen beleefden we een gek voorjaar en een onwennige zomer, maar ondanks die heftige periode kondigen we met plezier het derde Karaktersboek aan. Dat is dus het volgende boek dat jij als abonnee gaat ontvangen! Na De poort van de Japanse Soseki Natsume en De kleur uit de ruimte van de Amerikaanse H.P. Lovecraft, blijven we voor ons derde boek dichter bij huis, want ook in de Nederlandstalige literatuur zijn vergeten schatten te rapen: Karakters gaat het oeuvre van Hugo Raes nieuw leven inblazen.
Ja, je leest het goed, zijn oeuvre. In het kader van zijn tienjarig overlijden - over exact twee jaar - gaan we een aantal van zijn werken opnieuw uitbrengen. Op 19 november verschijnt als eerste zijn romandebuut: De vadsige koningen. Lees hieronder meer over Hugo Raes en waar het boek over gaat.
De bewustzijnsroman De vadsige koningen van Hugo Raes valt begin november bij jou op de deurmat
Wat betekent vrijheid voor een maatschappij in wederopbouw? Hoe geven we betekenis aan een ogenschijnlijk zinloos leven? Tijdens een klamme zomernacht ligt Herman te piekeren. Op zoek naar antwoorden graaft hij in zijn herinneringen, waarin zijn vrouw en kinderen, zijn vrienden en toevallige individuen ten tonele verschijnen. Een nacht lang probeert hij koortsachtig zijn kleurloze bestaan te doorgronden.
In zijn romandebuut De vadsige koningen verwoordt Hugo Raes met scherpe pen de verwarde naoorlogse tijdgeest en de overgang naar de onstuimige jaren zestig. Deze bewustzijnsroman, die bij verschijning heel wat stof deed opwaaien, legde de kiem voor een jarenlang schrijverschap en een uniek oeuvre in de Nederlandstalige letteren.
Hugo Raes (1929-2013) is een van de belangrijkste Belgische schrijvers van de twintigste eeuw. Hij wordt in één adem genoemd met Jan Wolkers, Louis Paul Boon en Hugo Claus. Zijn vernieuwende en vaak geëngageerde werk zorgde voor controverse, maar werd ook bekroond met onder meer de Lucy B. en C.W. van der Hoogtprijs. In 1975 ontving Hugo Raes de Driejaarlijkse Staatsprijs voor Proza.
De vadsige koningen verschijnt 19 november, maar jij ontvangt het boek als abonnee al eerder. Begin november publiceren we naar goede gewoonte een uitgebreid portret ter kennismaking met het leven en werk van Hugo Raes.
Alle voordelen van je abonnement en de Karakterskaart nog een keer op een rijtje
Als abonnee ontvang je drie Karaktersboeken en ben je houder van een Karakterskaart. Ons volgende boek - de klassieker van Hugo Raes - ontvang je begin november. Je kan er nog steeds van op aan dat je een uniek en met de hand genummerd exemplaar in de bus krijgt. De vadsige koningen is het derde boek dat we met Karakters uitgeven. Is dit het laatste boek uit je abonnement? Geen paniek. Je kan je abonnement steeds verlengen en verder genieten van de voordelen.
Als abonnee zou je normaal gezien bij de verschijning van het boek een uitnodiging voor de boekpresentatie krijgen. Vanwege de huidige situatie kunnen helaas we niet garanderen dat we voor ons volgende boek zo'n evenement zullen organiseren. Natuurlijk ben jij als abonnee de eerste die het hoort wanneer er wel een presentatie zal plaatsvinden! Wanneer alles terug bij het oude is, mag je hoe dan ook gezellige avonden verwachten waarop we een passend inhoudelijk programma rond onze boeken aanbieden en waar je andere abonnees, redacteuren, vertalers en (Karakters)boekenliefhebbers kan ontmoeten. Als abonnee sta je dan nog steeds op onze gastenlijst. Wij kijken er alvast naar uit. Nog even volhouden! Met elkaars steun en een goed boek komen we deze bizarre tijden door.
We herinneren je er graag aan dat je als houder van de Karakterskaart 2,5 euro korting geniet op al onze boeken. Tijdens onze (uitgestelde) evenementen krijg je ook standaard 10% korting op al je aankopen: op de boeken van de auteur die we uitnodigen, op al je drankjes en op merchandise. De kortingen kan je doorspelen aan je hele familie, vrienden (uit je leesclub) en collega's.
Alle voordelen van je abonnement kan je in detail nalezen op onze website.
"Geluk is de vrijheid krijgen om te blijven zoeken naar het geluk."
Hugo Raes
(Bron: Karakters.nu)
Van december 2019 tot februari 2020 liep er in de prachtige Nottebohmzaal van de Erfgoedbibliotheek te Antwerpen de expo 'porno, pulp &literatuur.
Leuke prikkelende tentoonstelling waar ook Hugo aan bod kwam.
Wij boden, terwijl de tentoonstelling nog liep, een pakket 'vintage porn' van Hugo aan aan de curator. Deze oa vintage Scandinavische porno zal ontsloten worden voor het publiek.
Wie had dat ooit gedacht :-)
De nieuwe en dynamische uitgeverij Karakters (info at karakters.nu) brengt in november 2020 een heruitgave van 'De vadsige koningen'. Het is pas hun derde boek dat ze lanceren !
In 2021 volgt 'Het smaran'. De ondertekening van de contracten voor beide boeken gebeurden op Hugo's verjaardag, 26 mei, hij zou dan 91 geworden zijn.
De contacten met Karakters verlopen in een fijne sfeer. Wij wensen de jonge uitgeverij veel succes, want naar wij vernamen is het niet eenvoudig een stek te veroveren in het vastgeroeste uitgeefwereldje, laat staan een vernieuwende wind te laten waaien (pun intended).
In de klas van Camiel Raes (Hugo's vader) zat een leerling, Leo, die mooi kon tekenen.
Vanwege zijn Joods zijn werd Leo Kok afgevoerd naar diverse concentratiekampen, waar hij een week na zijn bevrijding overleed aan ontbering. Leo maakte tekeningen in concentratiekampen die het verschrikkelijke leven tonen, en die de oorlog overleefden.
Belangrijke picturale getuigenis.
De familie Raes overhandigde verschillende tekeningen uit de 'Antwerpse periode' aan de erven van Leo.
Dit en ander werk is te bezichtigen in een overzichtstentoonstelling van Leo Kok
In het Nairac museum in Gelderland (NL) die opent op 2 juni 2020.
Meer info over de talentvolle tekenaar op Wikipedia. Er is een documentaire over hem en een kijkboek met zijn tekeningen.
Gebruik onderstaand formulier voor een bericht/mededeling:
info(at)hugoraes.be
Voorzitter
Armand Nauwelaerts
Stuur email
Secretaris
Sieg Raes
Stuur email
Penningmeester
Marie-Thérèse Vandebotermet
Stuur email
Wissy Theyssens
Stuur email
Eric Raes
Stuur email
Christ'l Delandtsheer
Stuur email
Frieda Punt
Stuur email
Copyright © 2022 HugoRaes.be | All Rights Reserved | Disclaimer | P-asc.al | Text by Tekst2Go